Esmeralda Kleinreesink is dé pitchcoach van Nederland. Met haar krachtige manier van communiceren weet zij menigeen het pitchen goed aan te leren. Maar waarom doet zij wat ze doet? Wat is haar achtergrond, hoe is zij pitchcoach geworden en welk advies geeft zij jongeren die hun eigen talent nog mogen ontdekken?
Hoe was jouw jeugd?
“Naar school gaan vond ik helemaal niks. Afkomstig uit een boerendorp, altijd als export bekeken te worden, de slimste van de klas te zijn en als zodanig door docenten als hulpdocent ingezet te worden, helpt niet om vriendjes te krijgen. Leren vond ik wel leuk. Thuis verslond ik alle boeken van Lemniscaat; van Thea Beckman, Jan Terlouw en Evert Hartman. Waarom deze boeken? Omdat de verhalen allemaal over mensen gingen die anders waren en heroïsche dingen deden.
Naast school heb ik lang aan klassiek ballet gedaan. Als meisje in een boerendorp ging je als je wilde sporten naar gymnastiek of naar ballet, jongens op voetbal. Dat was zoals het ging. Mijn ouders vonden het niet goed dat ik auditie deed bij de balletacademie, omdat je er geen geld mee zou kunnen verdienen. Het alternatief, om dit toch te doen op 18-jarige, volwassen, leeftijd, leek mij niets. Dan kan je alleen nog maar balletdocent worden voor kleine kinderen.
Op de middelbare school werd het veel leuker. Ik kwam bij andere slimme mensen in de klas en was actief bij de leerlingenraad en schoolkrant. Ook bleef ik veel lezen. En kletsen. Ik sprak liever één op één af met vrienden dan in een disco.”
“…voor mij was het logisch dat ik naar de militaire of politieacademie zou gaan.”
Welke keuzes maakte jij na de middelbare school?
“Ik wilde een zo breed mogelijke, technisch, maatschappelijke en economische opleiding volgen. Mijn keuze was de studie bedrijfskunde. In combinatie met mijn liefde voor sporten was het voor mij logisch dat ik naar de militaire of politieacademie zou gaan. Mijn ouders vonden dit niks. Bedrijfskunde vonden ze wel okay, dan kreeg je daarna een goed betaalde, veilige baan voor de rest van je leven.
Op mijn 17e startte ik op de militaire academie. Helaas eindigde de droom door een zware blessure in week 2 van het eerste jaar. De rest van het jaar werkte ik in Londen als au-pair. Vreselijk. Zorgen voor kinderen is okay, maar ik werkte meer dan de afgesproken 20 uur en mocht alleen met toestemming eenmaal per week uit. Ik heb het enkele maanden volbracht, in afwachting van de start van mijn studie bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit.
Na mijn afstuderen rolde ik via mijn stagebedrijf de automatisering in en verdiende bizar veel geld. Maar iedere dag ging ik met tegenzin naar het werk. Ik werkte als testmanager en kwam pas in beeld aan het einde van een softwarebouwtraject. Omdat die trajecten altijd uitlopen, wordt beknibbeld op het testen. Wij kregen producten die superslecht waren, die we niet konden goedkeuren en waarvan we wisten dat ze niet in productie gingen. Daar werd ik niet gelukkig van. Ik had niet het gevoel een maatschappelijke bijdrage te leveren.
Toen kwam de oude liefde weer op mijn pad. Op mijn 27ste begon ik na een open sollicitatie op de afdeling automatisering van de Luchtmacht. Het leuke aan die omgeving is dat je als officier iedere drie jaar een andere baan kiest. Zo werd ik op een gegeven moment hoofd luchttransport voor de NAVO in Afghanistan. Terug in Nederland vroeg uitgeverij Meulenhoff mij hierover een boek te schrijven. Na publicatie toerde ik door het land voor lezingen.
Een andere interessante positie volgde, die van universitair docent (UD) economie. Als UD mocht ik één/derde van mijn tijd besteden aan onderzoek. Als je op basis van dat onderzoek dan een proefschrift schrijft, word je doctor. Ik had mijn autobiografie uit Afghanistan, daar wilde ik mee verder. In 3,5 jaar tijd heb ik naast mijn werk aan mijn proefschrift geschreven. Mét resultaat. Het is bekroond tot het beste, militair-wetenschappelijk boek van 2016.
Defensie benaderde mij voor een nieuw initiatief: Een innovatiefonds à la Dragons Den. Waarbij mensen van de werkvloer direct hun ideeën bij de Defensietop konden pitchen. Een goed idee, maar in de praktijk bleek bijna niemand te kunnen pitchen. Dus vroegen ze of ik niet de pitchcoach wilde worden. Met een zelf ontwikkelde formule leerde ik alle deelnemers, goed pitchen. Ze kwamen vaak binnen met een matige pitch en gingen anderhalf uur later helemaal enthousiast weg.
Bij de eerstvolgende banenwissel bedacht ik: ‘Ho, dit is mijn passie. Dit combineert alles wat ik leuk vind: het schrijven, op podia staan en de wetenschap (inmiddels is Esmeralda gepromoveerd op storytelling en organisatie)’.”
“…als je een waargebeurd verhaal vertelt waarvan je gaat glunderen, dan kan je niet anders dan mensen overtuigen en inspireren.”
De Pitchcoach van Nederland
Midden in coronatijd begon Esmeralda als zelfstandig pitchcoach. “Ik heb veel online gedaan. Je ziet mensen zichzelf in korte tijd enorme verbeteren. Het werkt gewoon, als je een waargebeurd verhaal vertelt waarvan je gaat glunderen, dan kan je niet anders dan mensen overtuigen en inspireren.”
Hoe reageerde de omgeving op jouw stap naar zelfstandige? “Bij Defensie zeiden ze meteen: ‘dat gaat lukken’. Mijn familie beaamde: ‘als Esmeralda ergens aan begint, slaagt het’. Zelf heb ik dat gevoel vanaf het begin ook gehad en nog steeds. Ik zorg wel voor eigen afwisseling. Ik werk met kleine ondernemers, maar ook grote bedrijven, waar ik masterclasses over de perfectie pitch. De laatste tijd krijg ik van executives de vraag om hen te begeleiden. Dit zijn trajecten van drie maanden met mensen die al goed pitchen of presenteren maar nog veel beter willen worden.”
“Niet iedere baan is 100% leuk, maar je moet wel zin hebben om er je bed voor uit te gaan.”
Welk advies geef jij aan jongeren die aan het begin van hun carrière staan?
“Veel jongeren denken ‘Ik volg mijn passie en ik word gelukkig.’ Dat zou mooi zijn, maar houd er rekening mee dat je niet met alles wat passie is fulltime geld kunt verdienen. Wees dus wel reëel over wat je kansen op de arbeidsmarkt zijn. Weet je nog niet waar jouw talenten liggen? Begin met wat je leuk lijkt. Iedere werkervaring telt mee. Ik was 45 jaar toen voor mij de puzzelstukjes op z’n plek vielen. Niet iedere baan is 100% leuk, maar je moet wel zin hebben om er je bed voor uit te gaan. Word je ergens echt doodongelukkig, ga dan zo snel mogelijk weg!
Start vroeg met sparen, jouw pensioen, om financieel onafhankelijk te worden.
Kortom: werk keihard en laat je niet afschrikken door de ‘nee’s’. Zeven uitgevers wezen mijn proefschrift af, voordat deze werd gedrukt en ik er een award mee won. Na een ‘nee’ kan altijd een ‘ja’ volgen!”
Foto: Mark Uyl
Meer verhalen lezen van ervaren ondernemers over ‘Waarom doe je wat je doet?’ met adviezen aan jongeren? Klik hier: Blog | Esther Communiceert